Land: België
Taal: Nederlands
Bron: AFMPS (Agence Fédérale des Médicaments et des Produits de Santé)
Cyanocobalamine; A-Butyl Amino Isopropyl Fosfonzuur
Bayer Animal Health
QA12CX91
Cyanocobalamin; A-Butyl Amino Isopropyl Phosphonic Acid
100 mg/ml - 0,05 mg/ml
Oplossing voor injectie
Cyanocobalamine 0.05 mg/ml; A-Butyl Amino Isopropyl Fosfonzuur 100 mg/ml
Intramusculair gebruik; Intraveneus gebruik; Subcutaan gebruik
rund; hond; kat; andere of onbekend
Butafosfan
CTI-code: 040975-01 - De grootte van de verpakking: 100 ml - Commercialisering status: YES - MKZ-code: 04007221032403 - CNK-code: 0029132 - Levering wijze: Medisch voorschrift; CTI-code: 040975-02 - De grootte van de verpakking: 250 ml - Commercialisering status: YES - MKZ-code: 04007221039358 - CNK-code: 3032182 - Levering wijze: Medisch voorschrift
Gecommercialiseerd
Bijsluiter – NL versie CATOSAL B. BIJSLUITER 1/4 Bijsluiter – NL versie CATOSAL BIJSLUITER CATOSAL , 100 mg/ml / 0,05 mg/ml, oplossing voor injectie 1. NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN EN DE FABRIKANT VERANTWOORDELIJK VOOR VRIJGIFTE, INDIEN VERSCHILLEND Houder van de vergunning voor het in de handel brengen: Bayer Animal Health GmbH 51368 Leverkusen Duitsland Fabrikant verantwoordelijk voor vrijgifte: KVP Pharma + Veterinär Produkte GmbH Projensdorfer Str. 324 D-24106 Kiel Duitsland 2. BENAMING VAN HET DIERGENEESMIDDEL CATOSAL , 100 mg/ml / 0,05 mg/ml, oplossing voor injectie voor rund, kalf, hond, kat en pelsdieren Butafosfan / Cyanocobalamine 3. GEHALTE AAN WERKZAME EN OVERIGE BESTANDDELEN Per ml: WERKZAME BESTANDDELEN: Butafosfan 100 mg Cyanocobalamine (vitamine B 12 ) 50 µg HULPSTOFFEN: n-Butanol 30 mg 4. INDICATIES Aandoeningen en chronische en acute stoornissen van de fosforstofwisseling en als hulp bij een calciumtherapie. 5. CONTRA-INDICATIES Geen. 6. BIJWERKINGEN Geen bekend. Indien u ernstige bijwerkingen of andersoortige reacties vaststelt die niet in deze bijsluiter worden vermeld, wordt u verzocht uw dierenarts hiervan in kennis te stellen. 7. DIERSOORTEN WAARVOOR HET DIERGENEESMIDDEL BESTEMD IS Rund, kalf, hond, kat en pelsdieren. 8. DOSERING VOOR ELKE DOELDIERSOORT, WIJZE VAN GEBRUIK EN TOEDIENINGSWEG(EN) 2/4 Bijsluiter – NL versie CATOSAL D OSERING Acute aandoeningen: rund: 5-25 ml Catosal per dier; kalf: 5-12 ml Catosal per dier; hond: 0,5-5 ml Catosal per dier; kat, pelsdieren: 0,5-2,5 ml Catosal per dier. Herhaling van de toediening zo nodig dagelijks. Chronische aandoeningen: De helft van de hierboven opgegeven doses. Zo nodig herhalen met tussenpozen van 1-2 weken, of korter interval. W IJZE VAN TOEDIENING Intraveneus en intramusculair bij rund en kalf. Intraveneus, intramusculair of subcutaan bij hond, kat en pelsdieren. 9. AANWIJZINGEN VOOR EEN JUISTE TOEDIENING - 10. WACHTTIJD Rund, kalf: (Orgaan)vlees Melk: 0 dagen. 11. SP Lees het volledige document
SKP – NL versie CATOSAL BIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 1/6 SKP – NL versie CATOSAL 1. NAAM VAN HET DIERGENEESMIDDEL CATOSAL, 100 mg/ml / 0,05 mg/ml,oplossing voor injectie 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Per ml: WERKZAME BESTANDDELEN: Butafosfan 100 mg Cyanocobalamine (vitamine B 12 ) 50 µg HULPSTOFFEN: n-Butanol 30 mg Zie rubriek 6.1 voor de volledige lijst van hulpstoffen. 3. FARMACEUTISCHE VORM Oplossing voor injectie. 4. KLINISCHE GEGEVENS 4.1 DOELDIERSOORT Rund, kalf, hond, kat en pelsdieren. 4.2 INDICATIES VOOR GEBRUIK MET SPECIFICATIE VAN DE DOELDIERSOORTEN Aandoeningen en chronische en acute stoornissen van de fosforstofwisseling en als hulp bij een calciumtherapie. 4.3. CONTRA-INDICATIES Geen. 4.4 SPECIALE WAARSCHUWINGEN VOOR ELKE DIERSOORT WAARVOOR HET DIERGENEESMIDDEL BESTEMD IS Geen. 4.5 SPECIALE VOORZORGSMAATREGELEN BIJ GEBRUIK SPECIALE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR GEBRUIK BIJ DIEREN Niet van toepassing. SPECIALE VOORZORGSMAATREGELEN, TE NEMEN DOOR DEGENE DIE HET GENEESMIDDEL AAN DE DIEREN TOEDIENT Niet van toepassing. 4.6 BIJWERKINGEN (FREQUENTIE EN ERNST) Geen bekend. 4.7 GEBRUIK TIJDENS DRACHT, LACTATIE OF LEG 2/6 SKP – NL versie CATOSAL Kan tijdens dracht en lactatie worden gebruikt. 4.8 INTERACTIE(S) MET ANDERE GENEESMIDDELEN EN ANDERE VORMEN VAN INTERACTIE Geen, voor zover bekend. 4.9 DOSERING EN TOEDIENINGSWEG D OSERING Acute aandoeningen: rund: 5-25 ml Catosal per dier; kalf: 5-12 ml Catosal per dier; hond: 0,5-5 ml Catosal per dier; kat, pelsdieren: 0,5-2,5 ml Catosal per dier. Herhaling van de toediening zo nodig dagelijks. Chronische aandoeningen: De helft van de hierboven opgegeven doses. Zo nodig herhalen met tussenpozen van 1-2 weken, of korter interval. W IJZE VAN TOEDIENING Intraveneus en intramusculair bij rund en kalf. Intraveneus, intramusculair of subcutaan bij hond, kat en pelsdieren. 4.10 OVERDOSERING (SYMPTOMEN, PROCEDURES IN NOODGEVALLEN, ANTIDOTA), INDIEN NOODZAKELIJK Er zijn geen effecten van overdosering bekend. 4.11 WACHTT Lees het volledige document