Страна: Нидерланды
Язык: голландский
Источник: CBG-MEB (College ter Beoordeling van Geneesmiddelen)
NATRIUMCHLORIDE 6,5 g/l
Fresenius Kabi Nederland B.V. Amersfoortseweg 10 E 3712 BC HUIS TER HEIDE
B05BB01
NATRIUMCHLORIDE 6,5 g/l
Oplossing voor infusie
WATER, GEZUIVERD,
Parenteraal
Electrolytes
Hulpstoffen: WATER, GEZUIVERD;
1900-01-01
Page 1 of 5 51679PILD BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR GEBRUIKERS NATRIUMCHLORIDE 0,65%, INFUSIEVLOEISTOF LEES GOED DE HELE BIJSLUITER, WANT DEZE BEVAT BELANGRIJKE INFORMATIE - Bewaar deze bijsluiter. Misschien heeft u hem later weer nodig. - Heeft u nog vragen? Neem dan contact op met uw arts of apotheker. - Krijgt u last van een van de bijwerkingen die in rubriek 4 staan? Of krijgt u een bijwerking die niet in deze bijsluiter staat? Neem dan contact op met uw arts of apotheker. INHOUD VAN DEZE BIJSLUITER 1. Wat is NATRIUMCHLORIDE 0,65%, INFUSIEVLOEISTOF en waarvoor wordt dit middel gebruikt? 2. Wanneer mag u dit middel niet gebruiken of moet u er extra voorzichtig mee zijn? 3. Hoe gebruikt u dit middel? 4. Mogelijke bijwerkingen 5. Hoe bewaart u dit middel? 6. Inhoud van de verpakking en overige informatie 1. WAT IS NATRIUMCHLORIDE 0,65%, INFUSIEVLOEISTOF EN WAARVOOR WORDT DIT MIDDEL GEBRUIKT? NATRIUMCHLORIDE 0,65%, INFUSIEVLOEISTOF is een oplossing voor directe toediening in een ader. NATRIUMCHLORIDE 0,65% vult tekorten van verloren gegaan water en zout aan. Bovendien wordt het gebruikt bij suikerziekte als de hoeveelheid deeljes in het bloed te hoog is. 2. WANNEER MAG U DIT MIDDEL NIET GEBRUIKEN OF MOET U ER EXTRA VOORZICHTIG MEE ZIJN? WANNEER MAG U DIT MIDDEL NIET GEBRUIKEN? U bent allergisch voor een van de stoffen die in dit geneesmiddel zitten. Deze stoffen kunt u vinden in rubriek 6. Wanneer u last heeft of gehad heeft van: • Een teveel aan vocht in het lichaam. • Hartfalen. • Ophoping van vocht in de armen en benen of in de longen. • Ernstige verstoring van de werking van de nieren. • Een te hoge concentratie van natrium.in het bloed. • Een “verzuring” van het bloed. • Ziekte tijdens de zwangerschap die zich onder andere uit in een verhoging van de bloeddruk (zwangerschapstoxicose) WANNEER MOET U EXTRA VOORZICHTIG ZIJN MET DIT MIDDEL? Neem contact op met uw arts of apotheker voordat u dit middel gebruikt. Licht uw arts in als u een van de volgende medische aandoeningen heeft of gehad heeft: Прочитать полный документ
Samenvatting van Product Kenmerken pag. 1 / 4 NATRIUMCHLORIDE 0,65% RVG 51679 Page 1 of 5 51679SKPD 1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL Natriumchloride 0,65% 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Bevat per 1000 ml: Natriumchloride 6,5 g (= 111,2 mmol/l) 3. FARMACEUTISCHE VORM Infusievloeistof 4. KLINISCHE GEGEVENS 4.1. THERAPEUTISCHE INDICATIES Compensatie van vocht- en elektrolytenverlies Hyperosmolaire diabetes mellitus 4.2. DOSERING EN WIJZE VAN TOEDIENING De behandeling vindt plaats als intraveneus infuus (druppelinfuus of via infuuspomp). De dosering dient aangepast te worden aan de behoefte van de patiënt. De gemiddelde dosering bedraagt 1000 ml per dag met een infusiesnelheid van 60-120 druppels/minuut (3-6 ml/min) voor een volwassene. Tijdens de behandeling wordt controle van elektrolyten- en vocht-balans aangeraden. Vloeistofbalans, serumelektrolyten en zuur-base-evenwicht moeten wellicht worden gecontroleerd voor en tijdens toediening, met bijzondere aandacht voor serumnatrium bij patiënten met verhoogde niet-osmotische afgifte van vasopressine (antidiuretisch hormoon- secretiedeficiëntiesyndroom, SIADH) en bij patiënten die gelijktijdig worden behandeld met vasopressine-agonisten vanwege het risico op in het ziekenhuis opgelopen hyponatriëmie (zie rubrieken 4.4, 4.5 en 4.8). Controle van serumnatrium is vooral belangrijk voor fysiologisch hypotone vloeistoffen. Toniciteit Natriumchloride 0,65%: +/- 220 mosm Pediatrische patiënten: De infusiesnelheid en het infusievolume zijn afhankelijk van de leeftijd, het gewicht en de klinische aandoening (bijvoorbeeld brandwonden, operatie, hoofdwond, infecties), en de bijkomende therapie dient te worden bepaald door een behandelend arts met ervaring met intraveneuze vloeistofbehandeling bij kinderen (zie rubrieken 4.4. en 4.8). 4.3. CONTRA-INDICATIES Overgevoeligheid voor de werkzame stoffen of voor een van de in rubriek 6.1 vermelde hulpstoffen Hyperhydratatietoestand (o.a. watervergiftiging). Samenvatting van Product Kenmerken pag. 2 / 4 Прочитать полный документ