Land: Nederland
Taal: Nederlands
Bron: CBG-MEB (College ter Beoordeling van Geneesmiddelen)
TRIAMCINOLONACETONIDE 1 mg/g
Basic Pharma Manufacturing B.V. Burgemeester Lemmensstraat 352 6163 JT GELEEN
D07AB09
TRIAMCINOLONACETONIDE 1 mg/g
Zalf
PROPYLEENGLYCOL (E 1520) ; VASELINE, WIT ; WOLVET,
Cutaan gebruik
Triamcinolone
Hulpstoffen: PROPYLEENGLYCOL (E 1520); VASELINE, WIT; WOLVET;
1985-09-25
1.3.1 SPC, Labelling and Package Leaflet – _Package Leaflet_ Triamcinolonacetonide zalf 1 mg/g Page 1/ 4 131-PL_TRA_ONT-1-MGPERG_001_NL_05M HPATIENTENBIJSLUITER BASIC PHARMA MANUFACTURING B.V. TRIAMCINOLONACTEONIDE ZALF 1 MG/GRAM ALGEMENE KENMERKEN NAAM Triamcinolonacetonide, water-emulgerende zalf 1 mg/gram SAMENSTELLING De zalf bevat per gram 1 mg triamcinolonacetonide. De zalf bevat als hulpstoffen: propyleenglycol, wolvet en witte vaseline. FARMACEUTISCHE VORM EN INHOUD De zalf wordt geleverd in een aluminium zalftube van 30 gram. GENEESMIDDELENGROEP Ontstekingsremmende geneesmiddelen (corticosteroïden) REGISTRATIEHOUDER Basic Pharma Manufacturing bv Geleen RVG-NUMMER In het register ingeschreven onder RVG 52672 (Triamcinolonacetonide, wateremulgerende zalf 1 mg/gram). WERKING EN TOEPASSING VAN HET GENEESMIDDEL WERKING VAN HET GENEESMIDDEL De werkzame stof, triamcinolonacetonide, heeft een ontstekingsremmende en bloedvatvernauwende werking waardoor de verschijnselen van een huidontsteking en verschillende vaak met jeuk gepaard gaande huidaandoeningen, worden onderdrukt (vermindering van pijn, jeuk en roodheid). Overigens wordt de aandoening die de verschijnselen veroorzaakt niet genezen! De werking van de zalf kan worden versterkt door het aanbrengen onder een afsluitend verband zodat het beter in de huid doordringt. TOEPASSING VAN HET GENEESMIDDEL De zalf wordt toegepast bij de behandeling van bepaalde huidaandoeningen, zoals psoriasis (chronische huidaandoening gekenmerkt door roodheid en schilfering), ichenificatie (vergroving van de huid met abnormaal diepe groefjes) en huidaandoeningen met jeukende, onregelmatige pukkels. Soms is hierbij het aanbrengen onder een afsluitend verband noodzakelijk. De kans op het ontstaan van bijwerkingen wordt dan vergroot (zie rubriek "Bijwerkingen"). VOORDAT HET GENEESMIDDEL WORDT GEBRUIKT 1.3.1 SPC, Labelling and Package Leaflet – _Package Leaflet_ Triamcinolonacetonide zalf 1 mg/g Page 2/ 4 131-PL_TRA_ONT-1-MGPERG_001_NL_05M GEVALLEN WAARBIJ HET GENEESMIDDEL NIET M Lees het volledige document
Naam van het geneesmiddel: Triamcinolon/acetonide zalf Samenstellinq. 1 gram wateremulgerende zalf bevat 1 mg triamcinolonacetonide. Eigenschappen. Corticosteroïden hebben een anti-inflammatoire en vasoconstrictieve werking. Zij onderdrukken de ontstekingsreactie en de symptomen van verschillende, vaak met jeuk gepaard gaande aandoeningen, echter zonder de eraan ten grondslag liggende aandoeningen te genezen. Het werkingsniveau van triamcinolon./acetonide in een hydrofiele zalf, zal bij een concentratie van 0,1% als "sterk" moeten worden geclassificeerd. Het effect kan door het aanbrengen onder een afsluitend (occlusief) verband worden versterkt ten gevolge van een verhoogde penetratie ( met een factor 10 ) van het stratum corneum. De kans op bijwerkingen neemt hierdoor echter toe. Indicaties. Oppervlakkige, niet door micro-organismen veroorzaakte huidaandoeningen, welke gevoelig zijn voor corticosteroïden, maar onvoldoende reageren op zwak werkzame producten, zoals: − psoriasis vulgaris − lichen ruber − lichen sclerosus et atrophicus − granuloma annulare − pustulosis palmaris et plantaris (ziekte van Andrews - Barber ). Occlusie kan noodzakelijk zijn om een beter therapeutisch resultaat te bereiken. Contra-indicaties. − Huidaandoeningen veroorzaakt door : − Bacteriële infecties (bijvoorbeeld pyodermieën, luetische en tuberculeuze processen), − virusinfecties ( bijvoorbeeld varicellae, herpes simplex, herpes zoster, ve r r u c a e vulgares, v e r r u c a e planae, condylomata, mollusca contagiosa), − schimmel-en gistinfecties, − parasitaire infecties ( b.v. scabiës ). − Ulcereuze huidaandoeningen, wonden. − Bijwerkingen ten gevolge van corticosteroïden ( b.v. dermatitis perioralis, striae atrophicae). − Ichthyosis, juveniele dermatosis plantaris, acne vulgaris, acne rosacea, fragiliteit van de huidvaten, huidatrofie. − Allergische overgevoeligheid voor corticosteroïden of voor componenten van het vehiculum. Gebruik in de zwangerschap. Van corticosteroïden is bekend, dat zij de Lees het volledige document