Land: België
Taal: Nederlands
Bron: AFMPS (Agence Fédérale des Médicaments et des Produits de Santé)
Imidaprilhydrochloride 150 mg
Vétoquinol
QC09AA16
Imidapril Hydrochloride
150 mg
Poeder voor drank
Imidaprilhydrochloride 150 mg
Oraal gebruik
hond
Imidapril
CTI-code: 254204-01 - De grootte van de verpakking: 0.88 g + 1 x Oral syringe - Commercialisering status: YES - MKZ-code: 03605877275840 - CNK-code: 2094316 - Levering wijze: Medisch voorschrift
Gecommercialiseerd: Ja
2003-07-14
Bijsluiter – NL Versie PRILIUM 150MG BIJSLUITER PRILIUM 150 mg poeder voor orale oplossing voor honden 1. NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN EN DE FABRIKANT VERANTWOORDELIJK VOOR VRIJGIFTE, INDIEN VERSCHILLEND Registratiehouder: Vétoquinol NV/SA, Kontichsesteenweg 42, B- 2630 Aartselaar Fabrikant verantwoordelijk voor vrijgifte: Vétoquinol SA, Magny Vernois, F- 70204 Lure Cedex 2. BENAMING VAN HET DIERGENEESMIDDEL PRILIUM 150 mg poeder voor orale oplossing voor honden 3. GEHALTE AAN WERKZAME EN OVERIGE BESTANDDELEN POEDER/INJECTIEFLACON Imidapril hydrochloride 150 mg Natriumbenzoaat (E211) 30 mg Excipiens qsp 0,880 g IN OPLOSSING Imidapril hydrochloride 5,0 mg Natriumbenzoaat (E211) 1,0 mg Excipiens qsp 1 ml 4. INDICATIES Bij honden: behandeling van matige tot zware hartinsufficiëntie, veroorzaakt door terugstromen van bloed uit de mitralisklep of gedilateerde cardiomyopathie 5. CONTRA-INDICATIES Niet gebruiken bij honden met hypotensie. Niet gebruiken bij honden met acute nierinsufficiëntie. - 1 - Bijsluiter – NL Versie PRILIUM 150MG Niet gebruiken bij honden met een aangeboren hartafwijking. Niet gebruiken bij honden met een overgevoeligheid voor een ACE remmer. Niet gebruiken bij honden met haemodynamisch relevante stenoses (aorta stenose, mitralisklep stenose, pulmonale stenose). Niet gebruiken bij honden met een obstructieve hypertrofische cardiomyopathie. 6. BIJWERKINGEN Er kan mogelijk diarree, hypotensie en bijkomende symptomen optreden (vermoeidheid, duizeligheid en anorexie). Braken kan eveneens optreden in zeldzame gevallen. In dergelijke gevallen dient de behandeling opgeschort te worden totdat de fysiologische toestand weer normaal is. Indien u ernstige bijwerkingen of andersoortige reacties vaststelt die niet in deze bijsluiter worden vermeld, wordt u verzocht uw dierenarts hiervan in kennis te stellen. 7. DIERSOORTEN WAARVOOR HET DIERGENEESMIDDEL BESTEMD IS Honden zwaarder dan 4 kilogram 8. DOSERING VOOR ELKE DOELDIERSOORT , WIJZE VAN GEBRUIK EN VAN Lees het volledige document
SKP – NL Versie PRILIUM 150MG SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 1. NAAM VAN HET DIERGENEESMIDDEL PRILIUM 150 mg poeder voor orale oplossing voor honden 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING POEDER/INJECTIEFLACON Imidapril hydrochloride 150 mg Natriumbenzoaat (E211) 30 mg Excipiens qsp 0,880 g IN OPLOSSING Imidapril hydrochloride 5,0 mg Natriumbenzoaat (E211) 1,0 mg Excipiens qsp 1 ml 3. FARMACEUTISCHE VORM Poeder voor orale oplossing Flesje bevat een wit poeder. Na het oplossen is de oplossing helder en kleurloos. 4. KLINISCHE GEGEVENS 4.1 DOELDIERSOORTEN Honden zwaarder dan 4 kilogram 4.2 INDICATIES VOOR GEBRUIK MET SPECIFICATIE VAN DE DOELDIERSOORTEN Bij honden: behandeling van matige tot zware hartinsufficiëntie, veroorzaakt door terugstromen van bloed uit de mitralisklep of gedilateerde cardiomyopathie 4.3 CONTRA-INDICATIES Niet gebruiken bij honden met hypotensie. Niet gebruiken bij honden met acute nierinsufficiëntie. Niet gebruiken bij honden met een aangeboren hartafwijking. Niet gebruiken bij honden met een overgevoeligheid voor een ACE remmer. Niet gebruiken bij honden met haemodynamisch relevante stenoses (aorta stenose, mitralisklep stenose, pulmonale stenose). - 1 - SKP – NL Versie PRILIUM 150MG Niet gebruiken bij honden met een obstructieve hypertrofische cardiomyopathie. 4.4 SPECIALE WAARSCHUWINGEN VOOR ELKE DIERSOORT WAARVOOR HET DIERGENEESMIDDEL BESTEMD IS Geen 4.5 SPECIALE VOORZORGSMAATREGELEN BIJ GEBRUIK I) SPECIALE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR GEBRUIK BIJ DIEREN Het gebruik van ACE remmers bij honden met hypovolemie of dehydratatie kan leiden tot acute hypotensie. Bij deze gevallen dient de vloeistof en elektrolytische balans onmiddellijk hersteld te worden en de behandeling pas voortgezet wanneer de situatie weer normaal is. Parameters gebruikt voor de controle van de nierfunctie dienen aan het begin van de behandeling en op regelmatige periodieke intervallen daarna te worden gecontroleerd. II) SPECIALE VOORZORGSMAATREGELEN, TE NEMEN DOOR DEGENE DIE HET GENEESMIDDEL AAN DE DIER Lees het volledige document