Land: Nederland
Taal: Nederlands
Bron: CBG-MEB (College ter Beoordeling van Geneesmiddelen)
METHYLCELLULOSE (E 461) 12,5 mg/ml
Laboratoires Théa 12 rue Louis Blériot 63017 CLERMONT-FERRAND CEDEX 2 (FRANKRIJK)
S01XA20
METHYLCELLULOSE (E 461) 12,5 mg/ml
Oogdruppels, oplossing
BOORZUUR (E 284) ; BORAX 10-WATER (E 285) ; NATRIUMCHLORIDE ; THIOMERSAL ; WATER, GEZUIVERD,
Oculair gebruik
Artificial Tears And Other Indifferent Preparations
Hulpstoffen: BOORZUUR (E 284); BORAX 10-WATER (E 285); NATRIUMCHLORIDE; THIOMERSAL; WATER, GEZUIVERD;
1900-01-01
bijsluiter 1 BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR DE GEBRUIKER METHYLCELLULOSE THÉA 0,5 % EN 1,25 %, OOGDRUPPELS, OPLOSSING LEES GOED DE HELE BIJSLUITER VOORDAT U DIT GENEESMIDDEL GAAT GEBRUIKEN WANT ER STAAT BELANGRIJKE INFORMATIE IN VOOR U. - Bewaar deze bijsluiter. Misschien heeft u hem later weer nodig. - Heeft u nog vragen? Neem dan contact op met uw arts of apotheker. - Geef dit geneesmiddel niet door aan anderen, want het is alleen aan u voorgeschreven. Het kan schadelijk zijn voor anderen, ook al hebben zij dezelfde klachten als u. - Krijgt u last van een van de bijwerkingen die in rubriek 4 staan? Of krijgt u een bijwerking die niet in deze bijsluiter staat? Neem dan contact op met uw arts of apotheker. INHOUD VAN DEZE BIJSLUITER 1. Wat is Methylcellulose Théa en waarvoor wordt dit middel gebruikt? 2. Wanneer mag u dit middel niet gebruiken of moet u er extra voorzichtig mee zijn? 3. Hoe gebruikt u dit middel? 4. Mogelijke bijwerkingen 5. Hoe bewaart u dit middel? 6. Inhoud van de verpakking en overige informatie 1. WAT IS METHYLCELLULOSE THÉA EN WAARVOOR WORDT DIT MIDDEL GEBRUIKT? Methylcellulose Théa dient om de traanfilm te stabiliseren, symptomen van droge ogen te verminderen en contactlenzen te bevochtigen. _Methylcellulose Théa 0,5 % : _ - te weinig traanafscheiding, - het voorkomen van een ontsteking van het oogbindvlies en oogirritaties bij het niet sluiten van de oogleden gedurende algemene verdovingen, - aanbrengen van contactlenzen (behalve zachte), - gladmaken van het oppervlak van oogprothesen. _Methylcellulose Théa 1,25 % : _ - oogonderzoek, - sommige vormen van droge keratitis (een droge ontsteking van het hoornvlies). 2. WANNEER MAG U DIT MIDDEL NIET GEBRUIKEN OF MOET U ER EXTRA VOORZICHTIG MEE ZIJN? WANNEER MAG U DIT MIDDEL NIET GEBRUIKEN? − U bent allergisch voor een van de stoffen in dit geneesmiddel. Deze stoffen kunt u vinden in rubriek 6. − Bij kinderen jonger dan 2 jaar (zie rubriek “Methylcellulose Théa bevat boorzuur en borax”). WANNEER MOET U EXTRA VOORZICHTIG ZIJN MET DIT Lees het volledige document
Samenvatting van de productkenmerken 1 1 NAAM VAN HET GENEESMIDDEL Methylcellulose Théa 0,5%, oogdruppels, oplossing Methylcellulose Théa 1,25%, oogdruppels, oplossing 2 KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Methylcellulose Théa 0,5%: 1 ml oplossing bevat 5 mg methylcellulose (4000 mPa.s) Hulpstof met bekend effect: boorzuur (17,1 mg/ml), borax (2,65 mg/ml) Methylcellulose Théa 1,25%: 1 ml oplossing bevat 12,5 mg methylcellulose (4000 mPa.s). Hulpstof met bekend effect: boorzuur (17,1 mg/ml), borax (2,65 mg/ml) Voor de volledige lijst van hulpstoffen, zie rubriek 6.1. 3 FARMACEUTISCHE VORM Oogdruppels, oplossing 4 KLINISCHE GEGEVENS 4.1 THERAPEUTISCHE INDICATIES Ultragecentrifugeerde oplossing met lage viscositeit : 0,5% - Te weinig traanafscheiding (droge keratitis, syndroom van Sjögren, oogpemfigus, enz.). - Profylaxe van conjunctivitis en oogirritaties bij het niet sluiten van de oogleden gedurende algemene verdovingen. - Aanbrengen van contactlenzen (behalve zachte). - Gladmaken van het oppervlak van oogprothesen. Ultragecentrifugeerde oplossing met matige viscositeit : 1,25% - Gonioscopie. - Sommige vormen van droge keratitis. 4.2 DOSERING EN WIJZE VAN TOEDIENING Therapeutisch gebruik: afhankelijk van de behoefte 2-6 maal per dag een druppel. Gebruik bij gonioscopie: over het algemeen is één druppel voldoende. Flacon na gebruik steeds sluiten. _Pediatrische patiënten _ Methylcellulose Théa mag niet worden gebruikt bij kinderen jonger dan 2 jaar (zie rubriek 4.3). De dosering bij volwassenen en kinderen ouder dan 2 jaar is dezelfde. Samenvatting van de productkenmerken 2 4.3 CONTRA-INDICATIES Overgevoeligheid voor de werkzame stof of voor een van de in rubriek 6.1 vermelde hulpstoffen. Kinderen jonger dan 2 jaar (zie rubriek 4.4). 4.4 BIJZONDERE WAARSCHUWINGEN EN VOORZORGEN BIJ GEBRUIK Chronisch gebruik bij zachte contactlenzen is niet aangewezen. Bij het gebruik van methylcellulose kan korstvorming optreden, ook bij toepassing van contactlenzen, wat slijtage van de contactlens tot gevolg kan h Lees het volledige document