Glucose 5%, oplossing voor infusie

Land: Nederland

Taal: Nederlands

Bron: CBG-MEB (College ter Beoordeling van Geneesmiddelen)

Koop het nu

Bijsluiter Bijsluiter (PIL)
02-08-2023
Productkenmerken Productkenmerken (SPC)
02-08-2023

Werkstoffen:

GLUCOSE 1-WATER SAMENSTELLING overeenkomend met ; ; GLUCOSE 0-WATER 50 g/l

Beschikbaar vanaf:

Fresenius Kabi Nederland B.V. Amersfoortseweg 10 E 3712 BC HUIS TER HEIDE

ATC-code:

B05BA03

INN (Algemene Internationale Benaming):

GLUCOSE 1-WATER SAMENSTELLING overeenkomend met ; ; GLUCOSE 0-WATER 50 g/l

farmaceutische vorm:

Oplossing voor infusie

Samenstelling:

WATER, GEZUIVERD,

Toedieningsweg:

Parenteraal

Therapeutisch gebied:

Carbohydrates

Product samenvatting:

Hulpstoffen: WATER, GEZUIVERD;

Autorisatie datum:

1992-10-20

Bijsluiter

                                BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR DE GEBRUIKER
GLUCOSE 5%, OPLOSSING VOOR INFUSIE
LEES GOED DE HELE BIJSLUITER VOORDAT U DIT GENEESMIDDEL GAAT GEBRUIKEN
WANT ER STAAT
BELANGRIJKE INFORMATIE VOOR U IN.
- Bewaar deze bijsluiter. Misschien heeft u hem later weer nodig.
- Heeft u nog vragen? Neem dan contact op met uw arts of apotheker.
- Geef dit geneesmiddel niet door aan anderen, want het is alleen aan
u voorgeschreven. Het
kan schadelijk zijn voor anderen, ook al hebben zij dezelfde klachten
als u.
- Krijgt u veel last van een van de bijwerkingen die in rubriek 4
staan? Of krijgt u een
bijwerking die niet in deze bijsluiter staat? Neem dan contact op met
uw arts of apotheker.
INHOUD VAN DEZE BIJSLUITER
1. Wat is Glucose 5% en waarvoor wordt dit middel gebruikt?
2. Wanneer mag u dit middel niet gebruiken of moet u er extra
voorzichtig mee zijn?
3. Hoe gebruikt u dit middel?
4. Mogelijke bijwerkingen
5. Hoe bewaart u dit middel?
6. Inhoud van de verpakking en overige informatie
1. WAT IS GLUCOSE 5% EN WAARVOOR WORDT DIT MIDDEL GEBRUIKT?
GLUCOSE 5% is een oplossing voor directe toediening in een ader.
GLUCOSE 5% wordt gebruikt bij uitdroging als er tegelijkertijd ook
sprake is van
afwijkingen in de waterhuishouding.
2. WANNEER MAG U DIT MIDDEL NIET GEBRUIKEN OF MOET U ER EXTRA
VOORZICHTIG MEE ZIJN?
WANNEER MAG U DIT MIDDEL NIET GEBRUIKEN?
•
U bent allergisch voor een van de stoffen die in dit geneesmiddel
zitten. Deze stoffen
kunt u vinden in rubriek 6.
•
Een teveel aan vloeistof in het lichaam.
•
Een afwijking van de hypofyse waardoor er een heel hoge urineproductie
is (diabetes
insipidus) als deze niet behandeld wordt.
•
Suikerziekte die ontregeld is zolang er geen sprake is van lage
suikerconcentraties in
het bloed.
•
Afwijkingen in het gebruik van suiker door het lichaam na een
operatie.
•
Ernstige “bloedvergiftiging”
WANNEER MOET U EXTRA VOORZICHTIG ZIJN MET DIT MIDDEL?
Neem contact op met uw arts, apotheker of verpleegkundige voordat u
dit middel gebruikt.
Licht uw arts in als u een van de volgende m
                                
                                Lees het volledige document
                                
                            

Productkenmerken

                                1.
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL
Glucose 5%, oplossing voor infusie
2.
KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING
Bevat per 1000 ml:
Glucose monohydraat
55 g
Overeenkomend met
Glucose (anhydrisch)
50 g
Osmolariteit:
280 mosmol/l
Energetische waarde:
840 kJ/l
pH:
3,5 – 6,5
Voor de volledige lijst van hulpstoffen, zie rubriek 6.1.
3.
FARMACEUTISCHE VORM
Oplossing voor infusie
4.
KLINISCHE GEGEVENS
4.1.
THERAPEUTISCHE INDICATIES
Bij dehydratie die gepaard gaat met stoornissen in de
waterhuishouding.
4.2.
DOSERING EN WIJZE VAN TOEDIENING
De behandeling vindt plaats als intraveneus infuus (druppelinfuus of
via infuuspomp). De dosering is in
hoge mate afhankelijk van de toestand van de patiënt.
Vloeistofbalans, serumglucose, serumnatrium en andere elektrolyten
moeten wellicht worden
gecontroleerd voor en tijdens toediening, met name bij patiënten met
een verhoogde niet-osmotische
afgifte van vasopressine (antidiuretisch
hormoon-secretiedeficiëntiesyndroom, SIADH) en bij patiënten
die gelijktijdig worden behandeld met vasopressine-agonisten vanwege
het risico op hyponatriëmie.
Controle van serumnatrium is vooral belangrijk voor fysiologisch
hypotone vloeistoffen. Dit
middel kan uitermate hypotoon worden na toediening als gevolg van
metabolisering van
glucose in het lichaam (zie rubrieken 4.4, 4.5 en 4.8).
.
4.3.
CONTRA-INDICATIES
-
Hyperhydratatie
-
Onbehandelde diabetes insipidus
- Ontregelde diabetes mellitus, behalve bij hypoglykemie
- Postoperatieve stoornissen van het glucosemetabolisme
- Ernstige sepsis
4.4.
BIJZONDERE WAARSCHUWINGEN EN VOORZORGEN BIJ GEBRUIK
Alleen toedienen indien de oplossing helder en deeltjesvrij is.
Men dient regelmatig de electrolytenbalans te controleren, omdat het
product geen elektrolyten bevat.
Voorzichtigheid is geboden bij het toedienen van dit preparaat aan
patiënten met diabetes mellitus,
verminderde glucose tolerantie, verminderde leverfunctie en oedemen.
Niet tegelijk met bloed via één systeem toedienen.
Page
2
of
5
51661SKPG
-
Intraveneuze
glucose-infusies
zijn
gewoonlijk

                                
                                Lees het volledige document