Land: Nederland
Taal: Nederlands
Bron: CBG-MEB (College ter Beoordeling van Geneesmiddelen)
FLORFENICOL
Dopharma Research B.V.
QJ01BA90
FLORFENICOL
Oplossing voor injectie
FLORFENICOL 300 mg/ml,
Intramusculair gebruik, Subcutaan gebruik
Uitsluitend door dierenartsen te gebruiken
Runderen; Varkens
Florfenicol
PT/V/0112/001
2014-03-19
BD/2024/REG NL 112951/zaak 1018490 1 / 20 _ _ BIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN BD/2024/REG NL 112951/zaak 1018490 2 / 20 1. NAAM VAN HET DIERGENEESMIDDEL Flordofen 300 mg/ml oplossing voor injectie voor runderen en varkens 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Per ml: WERKZAAM BESTANDDEEL: Florfenicol 300 mg HULPSTOFFEN: KWALITATIEVE SAMENSTELLING VAN HULPSTOFFEN EN ANDERE BESTANDDELEN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING ALS DIE INFORMATIE ONMISBAAR IS VOOR EEN JUISTE TOEDIENING VAN HET DIERGENEESMIDDEL N-methylpyrrolidon 250 mg Propyleenglycol Macrogol 300 Heldere, lichtgele oplossing. 3. KLINISCHE GEGEVENS 3.1 DOELDIERSOORT(EN) Rund en varken 3.2 INDICATIES VOOR GEBRUIK VOOR ELKE DOELDIERSOORT RUND: Behandeling en metafylaxe van luchtwegaandoeningen bij runderen veroorzaakt door _Mannheimia _ _haemolytica_ , _Pasteurella multocida_ en _Histophilus somni_ , gevoelig voor florfenicol, waarbij ziekteverschijnselen bij een aantal dieren in de kudde zijn vastgesteld. VARKEN: Behandeling van acute uitbraken van respiratoire aandoeningen veroorzaakt door stammen van _Actinobacillus pleuropneumoniae_ en _Pasteurella multocida_ die gevoelig zijn voor florfenicol. 3.3 CONTRA-INDICATIES Niet gebruiken bij volwassen stieren of beren bestemd voor de fok. Niet gebruiken bij overgevoeligheid voor het werkzame bestanddeel of één van de hulpstoffen. 3.4 SPECIALE WAARSCHUWINGEN Dit diergeneesmiddel bevat geen antimicrobieel conserveringsmiddel. 3.5 SPECIALE VOORZORGSMAATREGELEN BIJ GEBRUIK Speciale voorzorgsmaatregelen voor veilig gebruik bij de doeldiersoort(en): Niet gebruiken bij biggen lichter dan 2 kilo. BD/2024/REG NL 112951/zaak 1018490 3 / 20 Het gebruik van het diergeneesmiddel dient plaats te vinden op grond van gevoeligheidstesten van uit het dier geïsoleerde bacteriën. Als dit niet mogelijk is, dient de behandeling gebaseerd te zijn op lokale (regionaal/bedrijfsniveau) epidemiologische informatie over de gevoeligheid van de betreffende bacteriën. Wanneer het diergeneesmiddel wordt gebruikt, dient Lees het volledige document