Emedog, 1 mg/ml, oplossing voor injectie voor honden

Land: Nederland

Taal: Nederlands

Bron: CBG-MEB (College ter Beoordeling van Geneesmiddelen)

Koop het nu

Productkenmerken Productkenmerken (SPC)
13-09-2023
Productinformatie Productinformatie (INF)
08-03-2023

Werkstoffen:

APOMORFINE; APOMORFINEHYDROCHLORIDEHEMIHYDRAAT

Beschikbaar vanaf:

Domes Pharma

ATC-code:

QN04BC07

INN (Algemene Internationale Benaming):

APOMORPHINE; APOMORFINEHYDROCHLORIDEHEMIHYDRAAT

farmaceutische vorm:

Oplossing voor injectie

Samenstelling:

APOMORFINE 1 mg/ml; APOMORFINEHYDROCHLORIDEHEMIHYDRAAT 1,17 mg/ml,

Toedieningsweg:

Subcutaan gebruik

Prescription-type:

Uitsluitend door dierenartsen te gebruiken

Therapeutische categorie:

Honden

Therapeutisch gebied:

Apomorphine

Autorisatie-status:

FR/V/0281/001

Autorisatie datum:

2015-07-31

Productkenmerken

                                BD/2023/REG NL 115812/zaak 971947
1 / 17
BIJLAGE I
SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN
BD/2023/REG NL 115812/zaak 971947
2 / 17
1.
NAAM VAN HET DIERGENEESMIDDEL
Emedog, 1 mg/ml, oplossing voor injectie voor honden
2.
KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING
Per ml:
WERKZAAM BESTANDDEEL:
Apomorfine…………………………………..
1,0 mg
(overeenkomend met 1,17 mg apomorfinehydrochloridehemihydraat)
HULPSTOFFEN :
KWALITATIEVE SAMENSTELLING VAN HULPSTOFFEN EN
ANDERE BESTANDDELEN
KWANTITATIEVE SAMENSTELLING ALS DIE
INFORMATIE ONMISBAAR IS VOOR EEN JUISTE
TOEDIENING VAN HET DIERGENEESMIDDEL
Natriummetabisulfiet (E223)
1,0 mg
Hydrochloorzuur, geconcentreerd (voor pH-
aanpassing)
Water voor injecties
Oplossing voor injectie.
Kleurloze tot enigszins gele, heldere vloeistof.
3.
KLINISCHE GEGEVENS
3.1
DOELDIERSOORT
Hond
3.2
INDICATIES VOOR GEBRUIK VOOR ELKE DOELDIERSOORT
Emesisinductie.
3.3
CONTRA-INDICATIES
Niet gebruiken in gevallen van depressie van het centrale zenuwstelsel
(CZS).
Niet gebruiken bij katten en andere diersoorten.
Niet gebruiken bij gevallen van inname van bijtende middelen (zuren en
alkaliën), schuimende
producten, vluchtige stoffen, organische oplosmiddelen en niet-stompe
voorwerpen (bijv. glas).
Niet gebruiken bij dieren met hypoxie, dyspnoe, epileptische
aanvallen, hyperexcitatie, extreme
zwakte, ataxie, in coma, geen normale faryngeale reflexen of dieren
die lijden aan andere duidelijke
neurologische stoornissen die kunnen leiden tot aspiratiepneumonie.
Niet gebruiken bij gevallen met stoornissen in de bloedsomloop, shock
en anesthesie.
Niet gebruiken bij dieren die eerder zijn behandeld met
dopamine-antagonisten (neuroleptica).
Niet gebruiken bij overgevoeligheid voor het werkzame bestanddeel of
één van de hulpstoffen.
3.4
SPECIALE WAARSCHUWINGEN
Pogingen tot expulsie (uitdrijving) met of zonder braken worden veelal
vanaf 2 tot 15 minuten na de
injectie van het diergeneesmiddel gezien en kunnen 2 minuten tot 2,5
uur duren (zoals waargenomen
tijdens één klinisch onderzoek).
BD/2023
                                
                                Lees het volledige document