Land: Nederland
Taal: Nederlands
Bron: CBG-MEB (College ter Beoordeling van Geneesmiddelen)
DICLOFENAC NATRIUM 1 mg/ml SAMENSTELLING overeenkomend met ; DICLOFENAC 0,93 mg/ml
Laboratoires Théa 12, Rue Louis Berliot Z.I. Du Brezet 63017 CLERMONT-FERRAND CEDEX 2 (FRANKRIJK)
S01BC03
DICLOFENAC NATRIUM 1 mg/ml SAMENSTELLING overeenkomend met ; DICLOFENAC 0,93 mg/ml
Oogdruppels, oplossing
BOORZUUR (E 284) ; MACROGOLGLYCEROLRICINOLEAAT ; STIKSTOF (HEAD SPACE) (E 941) ; TROMETAMOL ; WATER VOOR INJECTIE,
Oculair gebruik
Diclofenac
Hulpstoffen: BOORZUUR (E 284); MACROGOLGLYCEROLRICINOLEAAT; STIKSTOF (HEAD SPACE) (E 941); TROMETAMOL; WATER VOOR INJECTIE;
1900-01-01
bijsluiter FR/H/296/01/II/18 1 / 5 BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR DE GEBRUIKERS DICLOABAK 1 MG/ML OOGDRUPPELS, OPLOSSING diclofenac natrium LEES GOED DE HELE BIJSLUITER VOORDAT U DIT GENEESMIDDEL GAAT GEBRUIKEN WANT ER STAAT BELANGRIJKE INFORMATIE IN VOOR U. − Bewaar deze bijsluiter. Misschien heeft u hem later weer nodig. − Heeft u nog vragen? Neem dan contact op met uw arts, apotheker of verpleegkundige. − Geef dit geneesmiddel niet door aan anderen, want het is alleen aan u voorgeschreven. Het kan schadelijk zijn voor anderen, ook al hebben zij dezelfde klachten als u. − Krijgt u last van een van de bijwerkingen die in rubriek 4 staan? Of krijgt u een bijwerking die niet in deze bijsluiter staat? Neem dan contact op met uw arts, apotheker of verpleegkundige. INHOUD VAN DEZE BIJSLUITER : 1. Wat is Dicloabak en waarvoor wordt dit middel gebruikt? 2. Wanneer mag u dit middel niet gebruiken of moet u er extra voorzichtig mee zijn? 3. Hoe gebruikt u dit middel? 4. Mogelijke bijwerkingen 5. Hoe bewaart u dit middel? 6. Inhoud van de verpakking en overige informatie 1. WAT IS DICLOABAK EN WAARVOOR WORDT DIT MIDDEL GEBRUIKT? Dit geneesmiddel bevat een niet-steroïdaal anti-inflammatoir geneesmiddel ( NSAIDS ) voor gebruik in het oog. Het wordt gebruikt tijdens sommige chirurgische ingrepen op het oog en voor het voortzetten van heelkundige ingrepen: - onderdrukking van miosis (vernauwing van de pupildiameter) bij staaroperaties; - preventie van ontsteking bij staaroperaties en ingrepen op het voorste oogsegment; - behandeling van oogpijn bij fotorefractieve keratectomie chirurgie (corrigerende ingreep voor bijziendheid) binnen de eerste 24 uur na de ingreep. 2. WANNEER MAG U DIT MIDDEL NIET GEBRUIKEN OF MOET U ER EXTRA VOORZICHTIG MEE ZIJN? WANNEER MAG U DIT MIDDEL NIET GEBRUIKEN? − als u allergisch (overgevoelig) bent voor diclofenac natrium of voor één van de andere bestanddelen van Dicloabak (vermeld in rubriek 6); − als u in het verleden allergie, urticaria (huiduitslag met jeuk), acute rhinitis (zwelli Lees het volledige document
Samenvatting van de productkenmerken SPC FR/H/296/01/II/18 1 / 8 1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL Dicloabak 1 mg/ml oogdruppels, oplossing 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Diclofenac natrium.......................................1 mg/ml Hulpstof met bekend effect: macrogolglycerol ricinoleaat 50 mg/ml Voor de volledige lijst van hulpstoffen, zie rubriek 6.1. 3. FARMACEUTISCHE VORM Oogdruppels, oplossing Lichtgele, melkwitte vloeistof. 4. KLINISCHE GEGEVENS 4.1 THERAPEUTISCHE INDICATIES − Inhibitie van miosis tijdens cataractingrepen. − Preventie van inflammatie bij cataractingrepen en ingrepen op het voorste oogsegment (zie rubriek 5.1). − Behandeling van oogpijn bij fotorefractieve keratectomie chirurgie binnen de eerste 24 uur na de ingreep. 4.2 DOSERING EN WIJZE VAN TOEDIENING _DOSERING _ Volwassenen Inhibitie van miosis tijdens cataractingrepen: − preoperatief: één druppel tot vijfmaal gedurende drie uur voor de ingreep. Preventie van inflammatie bij cataractingrepen en ingrepen op het voorste oogsegment: − preoperatief: één druppel tot vijfmaal gedurende drie uur voor de ingreep, − postoperatief: één druppel driemaal onmiddellijk na de ingreep en daarna één druppel drie- tot vijfmaal per dag. Een behandelingsduur van meer dan 4 weken is niet aanbevolen. Behandeling van oogpijn bij fotorefractieve keratectomie chirurgie binnen de eerste 24 uur na de ingreep: − preoperatief: twee druppels binnen het uur voor de ingreep, − postoperatief: twee druppels binnen het uur na de ingreep en daarna vier druppels binnen de eerste 24 uur na de ingreep. Kinderen Er werden geen specifieke studies uitgevoerd. _ _ Samenvatting van de productkenmerken SPC FR/H/296/01/II/18 2 / 8 Ouderen Er is geen dosisaanpassing nodig. _ _ _WIJZE VAN TOEDIENING _ Oculair gebruik. De patiënten moeten instructies krijgen om: - zorgvuldig de handen te wassen voor het indruppelen, - te vermijden dat de tip van het druppelflesje in contact komt met het oog of de oogleden, - het flesje te sluiten na gebruik. Pati Lees het volledige document