Diaproof K

Land: Nederland

Taal: Nederlands

Bron: CBG-MEB (College ter Beoordeling van Geneesmiddelen)

Werkstoffen:

CITROENZUUR 0-WATER (E 330); KALIUMCHLORIDE; MAGNESIUMHYDROXIDE (E 528); NATRIUMCHLORIDE; NATRIUMWATERSTOFCARBONAAT (E 500 (II)); TARWEZEMELEN; dextrose-monohydraat; ijzeroxide; ispaghula husk; natriumwaterstofcitraat

Beschikbaar vanaf:

Pharmalett A/S

ATC-code:

QB05XA31

INN (Algemene Internationale Benaming):

CITRIC acid 0-WATER (E 330); potassium chloride; magnesium hydroxide (E 528); sodium CHLORIDE; sodium hydrogen carbonate (E 500 (II)); wheat bran; dextrose monohydrate; iron oxide; ispaghula husk; natriumwaterstofcitraat

farmaceutische vorm:

Poeder voor oraal gebruik

Toedieningsweg:

Toediening in het drinkwater

Prescription-type:

Vrij verkrijgbaar zonder recept

Therapeutisch gebied:

Electrolytes in combination with other drugs

Autorisatie datum:

1989-07-06

Productkenmerken

BIJLAGE A
SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN
1.
NAAM VAN HET DIERGENEESMIDDEL
Diaproof-K
2.
KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING
Per kg:
_WERKZAME BESTANDDELEN_
Ispaghula husk
375 g
Dextrose monohydraat
350 g
Kaliumchloride
24 g
Natriumcitraat
26,5 g
Natriumchloride
41,5 g
Natriumbicarbonaat
68 g
Magnesiumhydroxide
7,56 g
Citroenzuur
13,5 g
_HULPSTOF:_
IJzeroxide rood (E172)
0,94 g
3.
FARMACEUTISCHE VORM
Poeder voor toediening in het drinkwater.
4.
FARMACOLOGISCHE EIGENSCHAPPEN
_FARMACOTHERAPEUTISCHE GROEP: _Electrolyten, koolhydraten en
voedingsvezels.
_ATCVET-CODE:_QB05XA31
5.
KLINISCHE GEGEVENS
5.1DOELDIEREN
Kalveren.
5.2INDICATIES VOOR GEBRUIK MET SPECIFICATIE VAN DE DOELDIEREN
Maag/darmstoornissen (diarree).
5.3CONTRA-INDICATIES
Geen bekend.
5.4BIJWERKINGEN (FREQUENTIE EN ERNST)
Geen bekend.
5.5SPECIALE VOORZORGSMAATREGELEN BIJ GEBRUIK
Geen.
5.6GEBRUIK TIJDENS DRACHT EN LACTATIE
Niet van toepassing.
5.7INTERACTIE(S) MET ANDERE GENEESMIDDELEN EN ANDERE VORMEN VAN
INTERACTIE
Diaproof K dient niet gecombineerd te worden met andere elektrolyten
mengsels. Het
wordt afgeraden om een diarreebehandeling met spasmolytica te
combineren.
5.8DOSERING EN TOEDIENINGSWEG
3 tot 4 gram van het product per kg lichaamsgewicht.
Een maatbeker heeft een inhoud van +/- 44,8 gram.
Toedienen gemengd met drinkwater.
5.9OVERDOSERING (SYMPTOMEN, PROCEDURES IN NOODGEVALLEN, ANTIDOTA)
Niet van toepassing.
5.10
SPECIALE WAARSCHUWINGEN VOOR ELK DIER WAARVOOR HET DIERGENEESMIDDEL
BESTEMD IS
In ernstige gevallen van diarree kan intraveneuze rehydratie
noodzakelijk zijn.
Indien de diarree langer dan drie tot vier dagen bestaat dient een
dierenarts te worden
geconsulteerd.
Het kalf dient voldoende colostrum te krijgen.
5.11
WACHTTIJD
0 dagen.
5.12
SPECIALE VOORZORGSMAATREGELEN, TE NEMEN DOOR DEGENE DIE HET
GENEESMIDDEL
AAN DE DIEREN TOEDIENT
Geen.
6.
FARMACEUTISCHE GEGEVENS
6.1BELANGRIJKE ONVERENIGBAARHEDEN
Niet vermengen met andere diergeneesmiddelen.
6.2HOUDBAARHEIDSTERMIJN
24 maanden.
6.3.
SPECIALE VOORZORGSMAATREGELEN BIJ BEWAREN