Country: Olanda
Lingwa: Olandiż
Sors: CBG-MEB (College ter Beoordeling van Geneesmiddelen)
PANTOPRAZOL NATRIUM 1,5-WATER 22,6 mg/stuk SAMENSTELLING overeenkomend met ; PANTOPRAZOL 20 mg/stuk
Genzyme Europe B.V. Paasheuvelweg 25 1105 BP AMSTERDAM
A02BC02
PANTOPRAZOL NATRIUM 1,5-WATER 22,6 mg/stuk SAMENSTELLING overeenkomend met ; PANTOPRAZOL 20 mg/stuk
Maagsapresistente tablet
CALCIUMSTEARAAT (E 470A) ; CARMELLOSE NATRIUM (E 466) ; COPOLYMEER VAN ETHYLACRYLAAT-METHACRYLZUUR (1:1) ; CROSPOVIDON (E 1202) ; IJZEROXIDE GEEL (E 172) ; LECITHINE, SOYA (E 322) ; MACROGOL 3350 ; MALTITOL (E 965) ; NATRIUMCARBONAAT 0-WATER (E 500 (I)) ; NATRIUMLAURILSULFAAT ; POLYSORBAAT 80 (E 433) ; POLYVINYLALCOHOL, GEDEELTELIJK GEHYDROLYSEERD (E1203) ; TALK (E 553 B) ; TITAANDIOXIDE (E 171) ; TRIETHYLCITRAAT (E 1505), CALCIUMSTEARAAT (E 470A) ; CARMELLOSE NATRIUM (E 466) ; COPOLYMEER VAN ETHYLACRYLAAT-METHACRYLZUUR (1:1) ; CROSPOVIDON (E 1202) ; IJZEROXIDE GEEL (E 172) ; LECITHINE, SOYA (E 322) ; MACROGOL 3350 ; MALTITOL (E 965) ; NATRIUMCARBONAAT 0-WATER (E 500 (I)) ; NATRIUMLAURILSULFAAT (E 487) ; POLYSORBAAT 80 (E 433) ; POLYVINYLALCOHOL, GEDEELTELIJK GEHYDROLYSEERD (E1203) ; TALK (E 553 B) ; TITAANDIOXIDE (E 171) ; TRIETHYLCITRAAT (E 1505),
Oraal gebruik
Pantoprazole
Hulpstoffen: CALCIUMSTEARAAT (E 470A); CARMELLOSE NATRIUM (E 466); COPOLYMEER VAN ETHYLACRYLAAT-METHACRYLZUUR (1:1); CROSPOVIDON (E 1202); IJZEROXIDE GEEL (E 172); LECITHINE, SOYA (E 322); MACROGOL 3350; MALTITOL (E 965); NATRIUMCARBONAAT 0-WATER (E 500 (I)); NATRIUMLAURILSULFAAT (E 487); POLYSORBAAT 80 (E 433); POLYVINYLALCOHOL, GEDEELTELIJK GEHYDROLYSEERD (E1203); TALK (E 553 B); TITAANDIOXIDE (E 171); TRIETHYLCITRAAT (E 1505);
1900-01-01
1 Ipraalox PIL 010623 BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR GEBRUIKERS IPRAALOX, 20 MG MAAGSAPRESISTENTE TABLETTEN pantoprazol LEES GOED DE HELE BIJSLUITER VOORDAT U DIT GENEESMIDDEL GAAT GEBRUIKEN, WANT ER STAAT BELANGRIJKE INFORMATIE IN VOOR U. Gebruik dit geneesmiddel altijd precies zoals beschreven in deze bijsluiter of zoals uw arts of apotheker u dat heeft verteld. - Bewaar deze bijsluiter. Misschien heeft u hem later weer nodig. - Heeft u nog vragen? Neem dan contact op met uw arts of apotheker. - Krijgt u last van een van de bijwerkingen die in rubriek 4 staan? Of krijgt u een bijwerking die niet in deze bijsluiter staat (zie rubriek 4)? Neem dan contact op met uw arts of apotheker. - Wordt uw klacht na 2 weken niet minder, of wordt hij zelfs erger? Neem dan contact op met uw arts.Gebruik de Ipraalox tabletten niet langer dan 4 weken zonder dit eerst met een arts te bespreken. INHOUD VAN DEZE BIJSLUITER 1. Wat is Ipraalox en waarvoor wordt dit middel gebruikt? 2. Wanneer mag u dit middel niet gebruiken of moet u er extra voorzichtig mee zijn? 3. Hoe gebruikt u dit middel? 4. Mogelijke bijwerkingen 5. Hoe bewaart u dit middel? 6. Inhoud van de verpakking en overige informatie 1. WAT IS IPRAALOX EN WAARVOOR WORDT DIT MIDDEL GEBRUIKT? Ipraalox bevat het werkzame bestanddeel pantoprazol, dat de “pomp” die maagzuur produceert, blokkeert. Hierdoor vermindert het de hoeveelheid zuur in uw maag. Ipraalox wordt gebruikt voor de kortdurende behandeling van refluxklachten (bijvoorbeeld brandend maagzuur, zure oprispingen) bij volwassenen. Reflux is het terugvloeien van zuur uit de maag in de slokdarm, die ontstoken en pijnlijk kan worden. Dit kan klachten bij u veroorzaken zoals een pijnlijk, brandend gevoel in de borst tot aan de keel (brandend maagzuur) en een zure smaak in de mond (zure oprispingen). Het is mogelijk dat u al na één dag behandeling met Ipraalox merkt, dat uw klachten van zure reflux en brandend maagzuur minder worden, maar dit middel is niet bedoeld om direct verlichting te brengen. Het kan nodig zijn Aqra d-dokument sħiħ
1 Ipraalox SPC 010623 1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL Ipraalox, 20 mg maagsapresistente tabletten 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Elke maagsapresistente tablet bevat 20 mg pantoprazol (als natriumsesquihydraat). Hulpstoffen met bekend effect: 38,425 mg maltitol, 0,345 mg soyalecithine (afkomstig van sojaolie) en maximaal 1,84 mg natrium. Voor de volledige lijst van hulpstoffen, zie rubriek 6.1. 3. FARMACEUTISCHE VORM Maagsapresistente tablet. Ovale, gele maagresistente tabletten van ongeveer 8,2 x 4,4 mm. 4. KLINISCHE GEGEVENS 4.1 THERAPEUTISCHE INDICATIES Kortdurende behandeling van refluxsymptomen (bijvoorbeeld brandend maagzuur, zuurregurgitatie) bij volwassenen. 4.2 DOSERING EN WIJZE VAN TOEDIENING Dosering De aanbevolen dosis is 20 mg pantoprazol (één tablet) per dag. Het kan nodig zijn om de tabletten gedurende 2-3 opeenvolgende dagen in te nemen om verbetering van de symptomen te bereiken. Zodra volledige symptoomverlichting bereikt is, moet de behandeling stopgezet worden. De behandeling mag niet langer dan 4 weken duren zonder een arts te raadplegen. Als er geen symptoomverlichting wordt bereikt binnen 2 weken van continue behandeling, moet de patiënt geadviseerd worden om een arts te raadplegen. Speciale populaties Er is geen dosisaanpassing nodig bij oudere patiënten of bij patiënten met een verminderde nier- of leverfunctie. Pediatrische patiënten Ipraalox wordt niet aanbevolen voor gebruik bij kinderen en adolescenten jonger dan 18 jaar vanwege onvoldoende gegevens over veiligheid en werkzaamheid. Wijze van toediening Ipraalox, 20 mg maagsapresistente tabletten mogen niet gekauwd of fijngemaakt worden, en moeten voor een maaltijd in hun geheel met vloeistof ingeslikt worden. 4.3 CONTRA-INDICATIES 2 Ipraalox SPC 010623 Overgevoeligheid voor de werkzame stof, gesubstitueerde benzimidazolen, pinda’s, soja of voor één van de andere in rubriek 6.1 vermelde hulpstoffen. Gelijktijdige toediening van Ipraalox 20 mg wordt niet aanbevolen met HIV-proteaseremmers waarvoor absorptie afhanke Aqra d-dokument sħiħ