Country: Belgía
Tungumál: hollenska
Heimild: AFMPS (Agence Fédérale des Médicaments et des Produits de Santé)
Kanamycine(mono)sulfaat 13.3 mg/g - Eq. Kanamycine 10000 IE/g; Cefalexine 20 mg/g
Boehringer Ingelheim Vetmedica
QJ51RD01
Cefalexin Monohydrate; Kanamycin (Mono)Sulfate
13,3 mg/g - 20 mg/g
Suspensie voor intramammair gebruik
Celafexinemonohydraat; Kanamycine(mono)sulfaat
Intramammair gebruik
rund
Cefalexin, Combinations with other Antibacterials
CTI-code: 322131-03 - De grootte van de verpakking: 120 x 12 ml - Commercialisering status: NO - CNK-code: 2568798 - Levering wijze: Medisch voorschrift; CTI-code: 322131-02 - De grootte van de verpakking: 10 x 10 g - Commercialisering status: NO - Levering wijze: Medisch voorschrift; CTI-code: 322131-01 - De grootte van de verpakking: 20 x 10 g - Commercialisering status: YES - MKZ-code: 08711642006153 - CNK-code: 2568780 - Levering wijze: Medisch voorschrift
Gecommercialiseerd: Ja
2008-08-25
Bijsluiter – NL versie Ubrolexin BIJSLUITER Ubrolexin suspensie voor intramammair gebruik bij melkgevende koeien 1. NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN EN DE FABRIKANT VERANTWOORDELIJK VOOR VRIJGIFTE, INDIEN VERSCHILLEND Houder van de vergunning voor het in de handel brengen: Boehringer Ingelheim Vetmedica GmbH Binger Strasse 173 55216 Ingelheim/Rhein Duitsland Fabrikant verantwoordelijk voor vrijgifte: Univet Ltd Tullyvin Cootehill, Co. Cavan Ierland 2. BENAMING VAN HET DIERGENEESMIDDEL Ubrolexin suspensie voor intramammair gebruik bij melkgevende koeien Cefalexine monohydraat / kanamycine monosulfaat 3. GEHALTE AAN WERKZAME EN OVERIGE BESTANDDDELEN Een 10 g (12 ml) injector voor intramammair gebruik bevat: Cefalexine (als monohydraat): 200 mg Kanamycine (als monosulfaat): 100.000 I.U. Gebroken witte, olie-achtige pasta suspensie 4. INDICATIES Behandeling van klinische mastitis bij melkgevende koeien veroorzaakt door bacteriën gevoelig voor de combinatie van cefalexine en kanamycine zoals _Staphylococcus aureus _ (zie rubriek 15: Overige informatie), _Streptococcus dysgalactiae_ , _Streptococcus uberis en_ _Escherichia coli_ . 5. CONTRA-INDICATIES Niet gebruiken bij melkgevende koeien met een bekende overgevoeligheid voor cefalexine en/of kanamycine. Niet gebruiken bij niet-melkgevend rundvee. Niet gebruiken in geval van bekende resistentie tegen cefalexine en/of kanamycine. 6. BIJWERKINGEN Geen bekend Indien u ernstige bijwerkingen of andersoortige reacties vaststelt die niet in deze bijsluiter worden vermeld, wordt u verzocht uw dierenarts hiervan in kennis te stellen. Bijsluiter – NL versie Ubrolexin 7. DIERSOORT WAARVOOR HET DIERGENEESMIDDEL BESTEMD IS Runderen (melkgevende koeien). 8. DOSERING VOOR ELKE DOELDIERSOORT , WIJZE VAN GEBRUIK EN TOEDIENINGSWEG Voor intramammair gebruik. Behandel de geïnfecteerde kwartier(en) tweemaal met een interval van 24 uur tussen de behandelingen. Gebruik de inhoud van één injector met 200 mg cefalexine (als monohydraat) en 100 Lestu allt skjalið
SKP – NL versie UBROLEXIN SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 1. NAAM VAN HET DIERGENEESMIDDEL UBROLEXIN suspensie voor intramammair gebruik bij melkgevende koeien 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Elke 10 g (12 ml) injector voor intramammair gebruik bevat: WERKZAME BESTANDDELEN: Cefalexine (als monohydraat): 200 mg Kanamycine (als monosulfaat): 100.000 I.U. Zie rubriek 6.1 voor de volledige lijst van hulpstoffen. 3. FARMACEUTISCHE VORM Suspensie voor intramammair gebruik. Gebroken witte, olie-achtige pasta. 4. KLINISCHE GEGEVENS 4.1 DOELDIERSOORT Runderen (melkgevende koeien) 4.2 INDICATIES VOOR GEBRUIK MET SPECIFICATIE VAN DE DOELDIERSOORT Behandeling van klinische mastitis bij melkgevende koeien veroorzaakt door bacteriën gevoelig voor de combinatie van cefalexine en kanamycine zoals _Staphylococcus aureus _ (zie rubriek 5.1), _Streptococcus _ _dysgalactiae_ , _Streptococcus uberis_ _en_ _Escherichia coli_ . 4.3 CONTRA-INDICATIES Niet gebruiken bij melkgevende koeien met een bekende overgevoeligheid voor cefalexine en/of kanamycine. Niet gebruiken bij niet-melkgevend rundvee. Niet gebruiken in geval van bekende resistentie tegen cefalexine en/of kanamycine. 4.4 SPECIALE WAARSCHUWINGEN VOOR ELKE DIERSOORT WAARVOOR HET DIERGENEESMIDDEL BESTEMD IS Geen 4.5 SPECIALE VOORZORGSMAATREGELEN BIJ GEBRUIK I) SPECIALE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR GEBRUIK BIJ DIEREN AANBEVELINGEN VOOR ZORGVULDIG GEBRUIK Dit product dient alleen toegepast te worden voor de behandeling van klinische mastitis. SKP – NL versie UBROLEXIN Toepassing van het product dient gebaseerd te zijn op gevoeligheidstesten van bacteriën die geïsoleerd zijn uit het dier. Indien dit niet mogelijk is, zal de behandeling gebaseerd moeten zijn op lokale (op regionaal en op boerderij niveau) epidemiologische informatie over de gevoeligheid van de desbetreffende bacteriën. Tevens dient rekening te worden gehouden met het officiële nationale antimicrobiële beleid. Door onjuist gebruik van het product kan het voorkomen van bacteriën met een res Lestu allt skjalið