Ország: Belgium
Nyelv: holland
Forrás: AFMPS (Agence Fédérale des Médicaments et des Produits de Santé)
Fludeoxyglucose (F-18) 185 MBq/ml
Nucleis SA-NV
V09IX04
Fludeoxyglucose (F-18)
185 MBq/ml
Oplossing voor injectie
Fludeoxyglucose (F-18) 185 MBq/ml
Intraveneus gebruik
Fludeoxyglucose (18f)
CTI-code: 241132-01 - De grootte van de verpakking: 1 ml (185 (185) - Commercialisering status: YES - CNK-code: 3338084 - Levering wijze: Medisch voorschrift
Gecommercialiseerd: Ja
2002-09-23
BIJSLUITER BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR DE GEBRUIKER GLUCOTRACE 185 MBQ/ML, OPLOSSING VOOR INJECTIE Fludeoxyglucose ( 18 F) LEES GOED DE HELE BIJSLUITER VOORDAT U DIT GENEESMIDDEL GAAT GEBRUIKEN WANT ER STAAT BELANGRIJKE INFORMATIE IN VOOR U. - Bewaar deze bijsluiter. Misschien heeft u hem later weer nodig. - Heeft u nog vragen? Neem dan contact op met uw nucleair geneeskundige die het onderzoek zal uitvoeren. - Krijgt u last van een van de bijwerkingen die in rubriek 4 staan? Of krijgt u een bijwerking die niet in deze bijsluiter staat? Neem dan contact op met uw nucleair geneeskundige. INHOUD VAN DEZE BIJSLUITER 1. Wat is GLUCOTRACE en waarvoor wordt dit middel gebruikt? 2. Wanneer mag dit middel niet worden gebruikt of moet men er extra voorzichtig mee zijn? 3. Hoe wordt dit middel gebruikt? 4. Mogelijke bijwerkingen 5. Hoe wordt dit middel bewaard? 6. Inhoud van de verpakking en overige informatie 1. WAT IS GLUCOTRACE EN WAARVOOR WORDT DIT MIDDEL GEBRUIKT? Dit geneesmiddel is een radioactief geneesmiddel uitsluitend voor diagnostisch gebruik. De werkzame stof in GLUCOTRACE is fludeoxyglucose ( 18 F) en is bedoeld voor het vastleggen van diagnostische beelden van bepaalde delen van uw lichaam. Zodra een kleine hoeveelheid GLUCOTRACE is geïnjecteerd, zal de arts de met een speciale camera gemaakte medische beelden kunnen vastleggen en kunnen zien waar uw ziekte zich bevindt en hoe uw ziekte evolueert. 2. WANNEER MAG DIT MIDDEL NIET WORDEN GEBRUIKT OF MOET MEN ER EXTRA VOORZICHTIG MEE ZIJN? WANNEER MAG DIT MIDDEL NIET WORDEN GEBRUIKT? - U bent allergisch voor een van de stoffen in dit geneesmiddel. Deze stoffen kunt u vinden in rubriek 6. WANNEER MOET MEN EXTRA VOORZICHTIG ZIJN MET DIT MIDDEL? Neem contact op met uw nucleair geneeskundige voordat u dit middel toegediend krijgt: - als u diabetes heeft en uw diabetes momenteel niet onder controle is - als u een infectie of ontsteking heeft - als u nierproblemen heeft Informeer uw nucleair geneeskundige in de volgende gevallen: - als u zwanger bent of denkt zwanger Olvassa el a teljes dokumentumot
SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL GLUCOTRACE 185 MBq/ml, oplossing voor injectie 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING 1 ml bevat 185 MBq fludeoxyglucose ( 18 F) op de datum en het tijdstip van kalibratie. De activiteit per injectieflacon varieert van 185 MBq tot 1.850 MBq op de datum en het tijdstip van kalibratie. Fluorine ( 18 F) vervalt tot stabiele zuurstof ( 18 O) met een halfwaardetijd van 110 minuten door emissie van een positronstraling met een maximale energie van 634 keV, gevolgd door fotonannihilatiestralingen van 511 keV. Hulpstof(fen) met bekend effect Elke ml fludeoxyglucose ( 18 F) bevat tussen 4,40 en 8,15 mg natriumchloride. Voor de volledige lijst van hulpstoffen, zie rubriek 6.1. 3. FARMACEUTISCHE VORM Oplossing voor injectie. Heldere, kleurloze of lichtgele oplossing. 4. KLINISCHE GEGEVENS 4.1 THERAPEUTISCHE INDICATIES Dit geneesmiddel is uitsluitend voor diagnostisch gebruik. Fludeoxyglucose ( 18 F) is geïndiceerd voor gebruik met positronenemissietomografie (PET) bij volwassenen en pediatrische patiënten. _ONCOLOGIE_ _ _ _ _ Bij patiënten die oncologische diagnostische procedures ondergaan die de functies of aandoeningen beschrijven, waarbij de verhoogde glucose-instroom van specifieke organen of weefsels het diagnostische doelwit is. De volgende indicaties zijn voldoende gedocumenteerd (zie ook rubriek 4.4): Diagnose Typering van solitaire longknobbeltjes Detectie van kanker met onbekende oorsprong, die bijvoorbeeld aan het licht is gekomen bij cervicale adenopathie, lever- of botmetastasen Typering van een pancreastumor 1 Bepaling van het stadium Kanker van het hoofd- en halsgebied, inclusief ondersteuning bij biopsiegeleiding Primaire longkanker Lokaal gevorderde borstkanker Slokdarmkanker Pancreascarcinoom Colorectale kanker, met name bij de stadiumbepaling van recidieven Maligne lymfoom Maligne melanoom, Breslow > 1,5 mm of lymfekliermetastase bij de eerste diagnose Volgen van de therapeutische resp Olvassa el a teljes dokumentumot